De kerstvakantie zit erop! Voor de vakantie vierden we het letterfeest, omdat de kinderen nu alle letters kennen. Vanaf kern 7 ligt het accent op verschillende woordtypen. Ook nemen we, voorlopig, afscheid van opa, Kim en Sim. Voor de kernen 7 tot en met 11 zijn de ankerverhalen per kern geschreven door verschillende schrijvers. Na het ankerverhaal lezen de kinderen in hun eigen boekje een vervolg hierop. In deze brief leest u meer over het thema en de woordtypen van kern 7.
Woordtypen in kern 7: lezen en spellen
We oefenen nog regelmatig met woorden van één lettergreep die bestaan uit een medeklinker, een klinker en weer een medeklinker, zoals ‘pauw’, en woorden met alleen een medeklinker aan het begin of aan het eind, zoals ‘kou’ en ‘eik’. De nieuwe woordtypen in kern 7 zijn:
- eenvoudige samengestelde woorden, zoals zakdoek;
- woorden van één lettergreep die eindigen op twee medeklinkers, zoals laars;
- woorden van één lettergreep die beginnen met twee medeklinkers, zoals kroon;
- woorden van één lettergreep die beginnen met sch–, zoals schoen;
- woorden van één lettergreep die eindigen op –ng, zoals ring;
- woorden van één lettergreep die beginnen met een hoofdletter, zoals Pien.
Uw kind hoeft nog niet alles wat het kan lezen ook goed te spellen. Vanaf kern 7 gaat spelling niet meer gelijk op met lezen. We oefenen wel al met de spelling van de nieuwe woordtypen. Vanaf volgende week starten we met de Citotoetsen. Daar horen ook toetsen voor woorden lezen, tekst lezen, spelling en rekenen bij.